Een elektrische raceauto opladen met de snelheid van een normale tankbeurt? Dat klinkt als iets uit een verre toekomst. Toch weet studententeam InMotion van de TU Eindhoven al akelig dichtbij te komen met de ontwikkeling van de Revolution. Het racemonster is in staat om in minder dan 4 minuten volledig op te laden, en is daarmee voor zover bekend de snelst ladende elektrische raceauto voor langeafstandsraces ter wereld.
Studenten van InMotion
InMotion startte in november 2022 met meer dan 30 studenten met het ontwerpen en produceren van het nieuwe batterijpakket in de raceauto. Bijzonder is dat dit batterijpakket in slechts 3 minuten en 56 seconden oplaadt, met 322 kW laadvermogen, een totale capaciteit van 29,2 kWh en een actieradius van ongeveer 250 kilometer. De laadtijd omlaag brengen voor elektrische auto’s is belangrijk om het elektrisch rijden gemakkelijker en daarmee toegankelijker te maken voor de consument. InMotion pakt die handschoen op en komt nu daadwerkelijk dicht in de buurt van een pitstopwaardige laadtijd.
Innovatie: koelen op celniveau
Tijdens snelladen komt er veel warmte vrij en dat zorgt voor versnelde degradatie van de batterijcellen, legt teammanager Julia Niemeijer uit. “In het verleden hebben wij een innovatieve koeltechnologie ontwikkeld op module niveau, waarbij koelplaten gevuld met koelvloeistof tussen de modules met cellen zijn geplaatst. Hierdoor konden we al veel warmte uit het pakket krijgen. Als je de warmte zo goed mogelijk uit het batterijpakket wilt halen, dan wil je dat je zo dicht mogelijk bij de batterijcellen gaat koelen. De afgelopen tijd hebben wij daarom een methode ontwikkeld waardoor we op celniveau kunnen koelen, waarbij er ook daadwerkelijk koelvloeistof tussen elke cel stroomt. Dit betekent dat we nog meer warmte uit het pakket trekken. Dat heeft een enorm positief effect op de levensduur en het herhaaldelijk snelladen. Uit een test van 24 uur blijkt de degradatie van het batterijpakket dan ook minimaal.”
Op de markt is koelen op celniveau nog niet gebruikelijk, daarom heeft InMotion eigen modules ontwikkeld. Niemeijer: “Erg uitdagend was dat er maar enkele millimeters ruimte was tussen de cellen in de module om de koeltechnologie toe te passen. Hierdoor moesten we heel secuur te werk gaan. We zijn ontzettend blij dat we een methode hebben gevonden die dit mogelijk maakt.”